Noord-Holland is een provincie met veel oppervlaktewater. Zoveel zelfs, dat de warmte ervan gebruikt zou kunnen worden voor het opwarmen van vrijwel alle gebouwen in Noord-Holland.
96% van gebouwen komt in aanmerking
Wanneer gebruik gemaakt wordt van verwarming door middel van oppervlaktewater, is de afstand tot een gebouw van doorslaggevend belang. Om die reden is 4% van de gebouwen in Noord-Holland niet geschikt, omdat de afstand tussen het gebouw en water te groot is.
De overige 96% van de gebouwen in Amsterdam is wel geschikt voor deze innovatieve verwarmingstechniek.
Thermische energie uit oppervlaktewater of afvalwater
Thermische energie uit oppervlaktewater ontstaat wanneer de zon het water verwarmt. Deze warmte van de zon kan worden afgevoerd naar een gebouw, om die vervolgens te verwarmen.
Een vergelijkbare techniek kan gebruikt worden bij afvalwater. Die laatste methode, samen met restwarmte uit de industrie of warmte uit datacenters, zou in Noord-Holland voor de rest van de benodigde warmte kunnen zorgen. Daarmee zou de provincie een enorme stap in de richting zetten van klimaatneutraal wonen en werken.
Aanpassingen nodig in gebouwen
Zoals bij andere technieken ook het geval is, zullen bij de aansluiting op een warmtenet ook aanpassingen gemaakt worden in gebouwen. Zo zijn er drie onderdelen noodzakelijk. Een warmte- koudeopslag, warmtewisselaar en een warmtepomp.
Isoleren maakt oppervlaktewater nog efficiënter
In principe zouden alle huizen vanaf het bouwjaar 1860 efficiënt genoeg moeten zijn om verwarmd te worden door oppervlaktewater. Maar daarmee zijn we er nog niet. Om het rendement echt interessant te maken, is isoleren cruciaal.
Op dit moment is er nog niet veel aandacht voor het isoleren van gebouwen, al zijn kantoorpanden vanaf januari 2023 wel verplicht om energielabel C te hebben. Warmteverlies aanpakken is daarin een belangrijke voorwaarde om een beter energielabel te krijgen.
Geïnteresseerd in de technieken in dit artikel? Bekijk eens de erkende energiebesparende maatregelenlijst (EML).